Mijn koninkrijk is ons dorp
je moet het vaak even uitleggen 
waar je dan precies woont
je vraagt altijd:
‘Ken je de Efteling?’

daarna vertel je natuurlijk 
over de kerken en weilanden
dat er gewoon een supermarkt is, zelfs nog twee
er is voetbal en er is een kasteel
we hebben een evenemententerrein 
er is hier best nog wel veel
je verdwaalt hier minstens ooit in de Vrijhoeve

je vertelt ook over 
de paardenmelkerij waar je ooit je spreekbeurt over deed
hoe je op zomerdagen afval kon prikken 
voor een snoepzak bij zwembad Zidewinde
en dat je daar vroeger dan ook schoolzwemmen kreeg
zelfs als het een beetje regende

je haalt hier aardbeien uit de muur
op zaterdagen fietsen vaders in colonnes
met één hand aan het stuur en een groene container 
onderweg naar de stort, maar wel voor 15 uur
op zondag naar de kerk
of met z’n allen tanken bij Braat

je vertelt soms ook over vroeger
de slagroomsnit met mandarijntjes van Bakkerij de Parel 
hoe je voor een paar euro nog kaas kocht bij Wim Huigen
de oude en de nieuwe PLUS waar altijd wel iemand werkt die je kent
op straat altijd wel iemand die weet
dat jij er een van d’n die of d’n dieje bent
en wat je nooit vergeet:
de granulaat spikkeltjesvloer van de oude bibliotheek
een avond driedaagse en de ijskar 
naast het kunstwerk 
op het Raadhuisplein

je zult er moeten wonen
wil je het echt helemaal begrijpen
hoe groots een wereld is
in een klein dorp, in een fijn dorp
maar wel in mijn dorp

want dit is ons dorp
dit is ons eigen, kleine koninkrijk
wij zijn hier 
de koning te rijk